Minimale bestelbedrag 20,-
De kleurrijke wereld van snoep en de rol van synthetische (azo) kleurstoffen

De kleurrijke wereld van snoep en de rol van synthetische (azo) kleurstoffen

De kleurrijke wereld van snoep en de rol van synthetische (azo) kleurstoffen

De universele aantrekkingskracht van kleur in voedsel is onmiskenbaar. Vooral in de wereld van snoep speelt kleur een cruciale rol; levendige en heldere tinten maken producten visueel aantrekkelijk en vaak onweerstaanbaar, met name voor kinderen. Deze esthetische kwaliteit is een belangrijke factor in de commerciële aantrekkingskracht van snoepgoed. Achter deze aantrekkelijke kleuren schuilen echter vaak synthetische toevoegingen, waarvan azo kleurstoffen een prominente groep vormen.

candymixmatch.com kiest ervoor om snoep te leveren zonder deze azo (synthetische kleurstoffen)

Klik hier voor een azo (synthetische) kleurstof vrije snoep assortiment

Azo (synthetische) kleurstoffen zijn al lange tijd een onderwerp van discussie, zowel binnen de wetenschappelijke gemeenschap als onder consumenten, vanwege potentiële gezondheidseffecten.
Voor consumenten die bewuste keuzes willen maken, is een diepgaand begrip van deze stoffen essentieel.
Deze blog beoogt een gedetailleerd overzicht te bieden van azo (synthetische) kleurstoffen, hun toepassingen, de redenen voor hun gebruik, de daarmee gepaard gaande gezondheidszorgen en regelgeving. Na het lezen van deze blog begrijpt u beter waarom candymixmatch.com de keuze heeft gemaakt om alléén maar snoep te verkopen zonder deze azo (synthetische) kleurstoffen.

Wat zijn azo (synthetische) kleurstoffen precies?

Azo kleurstoffen vormen een klasse van synthetische kleurstoffen die van nature niet voorkomen. Hun chemische basis ligt in stikstof, en ze worden gekenmerkt door de aanwezigheid van een of meer 'azo-groepen' (-N=N-), een chemische verbinding die kunstmatig in een laboratorium wordt gesynthetiseerd. De specifieke moleculaire structuur van deze verbindingen, met name de π-de lokalisatie, is verantwoordelijk voor hun kenmerkende levendige kleuren, die voornamelijk variëren van rood, oranje en geel. Een belangrijke eigenschap is hun goede oplosbaarheid in water.

Deze kleurstoffen zijn vaste stoffen en komen vaak voor als zouten. De gekleurde component is doorgaans een anion, veelal door de aanwezigheid van 1-3 sulfon zuurgroepen die de wateroplosbaarheid aanzienlijk verbeteren. Azo kleurstoffen kunnen op verschillende manieren worden geclassificeerd, bijvoorbeeld op basis van het aantal azo groepen of in bredere categorieën zoals disperse kleurstoffen, metaalcomplexkleurstoffen, reactieve kleurstoffen en substantieve (directe) kleurstoffen.
Naast hun toepassing als kleurstoffen in diverse materialen, worden sommige azo kleurstoffen ook gebruikt als zuur-base-indicatoren, zoals methyloranje, of zelfs in de opnamelagen van DVD-R/+R schijven.

De meeste azo kleurstoffen worden geproduceerd via een proces genaamd 'azo-koppeling', een elektrofiele substitutiereactie. Chemisch verwante verbindingen zijn 'azo-pigmenten', die in tegenstelling tot azo kleurstoffen onoplosbaar zijn in water en andere oplosmiddelen.

Deze pigmenten zijn van groot belang in de productie van plastics, rubbers en verven, waaronder kunstenaarsverven, en staan bekend om hun uitstekende kleureigenschappen en goede lichtechtheid.

In de Europese Unie zijn toegelaten azo kleurstoffen voorzien van een E-nummer. Het is een algemeen kenmerk dat de meeste E-nummers die beginnen met E1, een azo-groep bevatten. De toekenning van een E-nummer volgt op uitgebreide veiligheidstests door de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA).
Dit creëert een interessante dynamiek: hoewel de term "synthetisch" voor consumenten soms een negatieve connotatie heeft, duidt het E-nummer op een officiële beoordeling van veiligheid en goedkeuring.
Dit spanningsveld tussen de perceptie van "natuurlijk" als inherent beter en de wetenschappelijke/regulerende beoordeling van "veilig" is een centraal thema in de discussie rondom voedseladditieven.

De volgende tabel geeft een overzicht van veelvoorkomende azo kleurstoffen die in voedingsmiddelen worden gebruikt, inclusief hun E-nummers. Chinoline geel (E104) is hierin ook opgenomen, omdat het, hoewel geen azo kleurstof, vaak wordt genoemd in de context van de 'Southampton Six' en de discussie over hyperactiviteit bij kinderen.

Naam Kleurstof | E-nummer

  •         Tartrazine                          | E102
  •          Chinolinegeel                  | E104
  •          Zonnegeel FCF                | E110
  •          Azorubine (Karmozijn) | E122
  •          Amarant                             | E123
  •          Ponceau 4R                      | E124
  •          Allurarood AC                  | E129
  •          Bruin HT                             | E155
  •          Litholrubine BK               | E180
Waarom worden azo (synthetische) kleurstoffen gebruikt in snoep en voeding?

Het gebruik van azo kleurstoffen in de voedingsindustrie, en specifiek in snoep, wordt gedreven door een combinatie van economische, functionele, esthetische en commerciële overwegingen.

Een van de belangrijkste drijfveren is de kosteneffectiviteit en het gemak van productie. Azo kleurstoffen zijn relatief eenvoudig en zeer goedkoop te synthetiseren in een laboratorium. Dit maakt ze een aantrekkelijke optie voor fabrikanten die op zoek zijn naar efficiënte en betaalbare manieren om hun producten te kleuren.
Naast de lage productiekosten bieden azo kleurstoffen ook uitstekende functionele eigenschappen. Ze zijn uitzonderlijk stabiel, bestand tegen hoge temperaturen en ongevoelig voor zuur en licht.
Deze stabiliteit is van cruciaal belang voor de houdbaarheid en het behoud van het uiterlijk van voedingsmiddelen gedurende het hele productieproces, tijdens opslag en transport.
Zonder deze stabiliteit zouden kleuren snel vervagen of veranderen, wat de aantrekkelijkheid van het product zou verminderen.

Het primaire doel van het toevoegen van kleurstoffen aan voedsel is echter esthetisch en commercieel. Kleurstoffen worden gebruikt om natuurlijke kleuren te versterken, kleurverlies te compenseren dat kan optreden tijdens de verwerking of opslag, of om kleur toe te voegen aan producten die anders kleurloos zouden zijn.
In de context van snoep zorgen de felgekleurde azo kleurstoffen voor een vrolijke, levendige en uitnodigende uitstraling, wat essentieel is voor de commerciële aantrekkingskracht, vooral bij de doelgroep van kinderen.

De vraag rijst of deze kleurstoffen een "echte noodzaak" hebben, of dat een snoepje per se felblauw gekleurd moet zijn. Hoewel de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA) bij de toekenning van E-nummers de "noodzaak" van een additief beoordeelt, is deze noodzaak in het geval van kleurstoffen vaak eerder commercieel of esthetisch dan nutritioneel of veiligheid gerelateerd. 
Dit creëert een paradox: de stoffen zijn goedgekeurd, maar hun primaire functie is het verbeteren van de verkoopbaarheid.
Dit spanningsveld tussen industriële praktijk en consumentengezondheidszorgen is een terugkerend discussiepunt. De "waarom" achter het gebruik van azo kleurstoffen ligt dus niet altijd in de essentiële eigenschappen van het voedsel zelf, maar eerder in de marktdynamiek en de wens om producten zo aantrekkelijk mogelijk te maken voor de consument.

De nadelen en gezondheidszorgen rondom azo (synthetische) kleurstoffen

Hoewel azo kleurstoffen uitgebreid worden gebruikt en onderworpen zijn aan regelgeving, zijn er legitieme gezondheidszorgen en discussies over hun mogelijke nadelige effecten. Deze zorgen richten zich voornamelijk op hyperactiviteit bij kinderen en de potentiële vorming van kankerverwekkende stoffen.

Hyperactiviteit bij kinderen: De 'Southampton Six' discussie

De meest prominente discussie over azo kleurstoffen in voeding ontstond na het zogenaamde Southampton-onderzoek in 2007.
Wetenschappers van de Universiteit van Southampton, in opdracht van de Engelse Food Standards Agency (FSA), concludeerden dat een mengsel van vijf azo kleurstoffen (E102, E110, E122, E124, E129) en één andere kleurstof (E104) hyperactiviteit bij kinderen kan veroorzaken.
Deze specifieke groep kleurstoffen staat sindsdien bekend als de 'Southampton Six'.
Het onderzoek betrof tests op zowel driejarige peuters als acht- en negenjarigen die vooraf niet als hyperactief waren vastgesteld, waarbij de gebruikte concentraties overeenkwamen met de dagelijkse inname via voedsel.

Als gevolg van dit onderzoek adviseerde de Engelse overheid ouders en fabrikanten om de genoemde kleurstoffen te mijden. Een deskundigenpanel van de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA) vond een direct verbod echter nog niet noodzakelijk, omdat zij het bewijs van het Engelse onderzoek onvoldoende vonden voor een definitief causaal verband. Ondanks dit standpunt van de EFSA, besloot de Raad van Ministers van Europa als compromis dat fabrikanten vanaf 2010 verplicht zijn een specifieke waarschuwing op producten met deze kleurstoffen te plaatsen.
De verplichte waarschuwing luidt: "Kan de activiteit of oplettendheid van kinderen nadelig beïnvloeden".

De verwachting was dat deze disclaimer fabrikanten zou stimuleren om de omstreden kleurstoffen te vervangen door natuurlijke alternatieven.
Hoewel een deel van de fabrikanten daadwerkelijk overstapte, bevatten veel producten, waaronder frisdranken en snoep, de 'Southampton Six' nog steeds.

Sommige supermarktketens, zoals Lidl, hebben deze kleurstoffen al langer uit hun assortiment gehaald, terwijl anderen, zoals Albert Heijn en Jumbo, producten met deze kleurstoffen bleven aanbieden, zij het met een belofte van Albert Heijn om ze tegen eind 2016 te verwijderen.

Het verschil tussen de wetenschappelijke conclusies van de EFSA (geen bewezen verband met gedragsproblemen, over het algemeen veilig bij huidige niveaus) en de regulerende beslissing van de EU (verplichte waarschuwing labels) illustreert het voorzorgsprincipe.
Dit principe houdt in dat wanneer er een aannemelijk risico bestaat, zelfs zonder volledig wetenschappelijke consensus, maatregelen moeten worden genomen om potentiële schade te voorkomen.
Dit is een cruciaal concept in voedselveiligheidsbeleid, vooral met het oog op kwetsbare bevolkingsgroepen zoals kinderen. Het toont aan dat overheidsbeleid niet uitsluitend gebaseerd is op definitief bewijs, maar ook op risicobeheer en maatschappelijke bezorgdheid. Foodwatch pleit zelfs voor een verbod op E102 (Tartrazine) vanwege het verband met hyperactiviteit en astma-aanvallen.

De volgende tabel geeft een overzicht van de 'Southampton Six' en de verplichte waarschuwing die op producten met deze kleurstoffen moet worden vermeld:

E-nummer | Naam Kleurstof | Verplichte waarschuwing tekst

  •          E102 | Tartrazine | Kan de activiteit of oplettendheid van kinderen nadelig beïnvloeden
  •          E104 | Chinolinegeel | Kan de activiteit of oplettendheid van kinderen nadelig beïnvloeden
  •          E110 | Zonnegeel | Kan de activiteit of oplettendheid van kinderen nadelig beïnvloeden
  •          E122 | Azorubine | Kan de activiteit of oplettendheid van kinderen nadelig beïnvloeden
  •          E124 | Ponceau 4R | Kan de activiteit of oplettendheid van kinderen nadelig beïnvloeden.
  •          E129 | Allurarood AC | Kan de activiteit of oplettendheid van kinderen nadelig beïnvloeden

Potentiële kankerverwekkende stoffen en allergische reacties

Naast de discussie over hyperactiviteit zijn er zorgen over de potentiële kankerverwekkende eigenschappen van sommige azo kleurstoffen en de mogelijkheid van allergische of pseudo-allergische reacties.

Hoewel azo kleurstoffen in voedsel over het algemeen als weinig giftig worden beschouwd en bij normale doseringen geen acute vergiftiging veroorzaken – daarvoor zouden extreem hoge dosissen nodig zijn – is een belangrijke zorg dat sommige azo kleurstoffen in het lichaam kunnen worden afgebroken tot aromatische aminen. Deze aromatische aminen kunnen kankerverwekkend zijn. Met name azo kleurstoffen afgeleid van benzidine zijn geclassificeerd als carcinogenen, en hun productie werd in de jaren '80 in veel westerse landen stopgezet. De Europese Unie heeft de productie of verkoop van consumentengoederen die deze amines bevatten sinds september 2003 verboden.

Een studie in muizen toonde aan dat hoge doses van de azo kleurstof Carmoisine (E122) nierfalen en levertoxiciteit veroorzaakten en werd verdacht van leveroncogenese (kankerverwekkend). Dit benadrukt een "verborgen" risico: de kleurstof zelf is misschien niet direct kankerverwekkend, maar de metabolieten die in het lichaam ontstaan, kunnen dat wel zijn. Dit vereist strikte regelgeving, niet alleen voor de kleurstoffen zelf, maar ook voor de migratie van hun afbraakproducten in voedselcontactmaterialen. De EU Food Contact Material Framework (EU 10/2011) vereist bijvoorbeeld dat plastic voedselcontactproducten geen primaire aromatische aminen (PAA) boven 0,01 mg/kg voedsel afgeven. Er gelden strikte regels voor welke azo kleurstoffen wel en niet mogen worden gebruikt en wat de maximale concentratie mag zijn, met name in textiel en voedselcontactmaterialen.

Wat betreft allergische reacties, hoewel azo kleurstoffen die in voeding worden gebruikt over het algemeen niet als allergeen worden beschouwd en geen directe allergische reacties veroorzaken via het immuunsysteem, kunnen ze wel pseudo-allergische reacties uitlokken bij gevoelige personen. Deze reacties zijn geen typische immuunsysteemreacties, maar kunnen leiden tot de afgifte van histamine, wat symptomen veroorzaakt die sterk lijken op allergieën. Symptomen kunnen variëren van jeuk in de mond, huidontstekingen (zoals jeuk, roodheid, netelroos en eczeem), maag-darmproblemen (zoals diarree, winderigheid en misselijkheid), hoofdpijn/migraine, tot in zeldzame gevallen ernstige reacties zoals anafylaxie (hoewel dit laatste zeer zeldzaam is voor kleurstoffen). Tartrazine (E102) wordt specifiek genoemd als een kleurstof die bestaande allergische reacties tegen andere stoffen mogelijk kan versterken. Het onderscheid tussen een "echte" allergie en een "pseudo-allergische" reactie is belangrijk voor consumenten, omdat het de aard van de lichaamsreactie verduidelijkt en helpt bij het omgaan met symptomen.

Over het algemeen worden azo kleurstoffen als weinig giftig beschouwd; zeer hoge dosissen (enkele grammen) zouden nodig zijn om vergiftigingsverschijnselen te veroorzaken. Bovendien hopen ze, omdat ze goed oplosbaar zijn in water en nauwelijks in vet, niet op in het lichaam, maar worden ze grotendeels met de urine uitgescheiden. Deze eigenschappen dragen bij aan hun algemene veiligheidsprofiel bij lage inname. Echter, deze lage acute toxiciteit en snelle uitscheiding moeten worden afgewogen tegen de chronische risico's, zoals de vorming van kankerverwekkende afbraakproducten en de individuele gevoeligheid die kan leiden tot hyperactiviteit of pseudo-allergische reacties. Het begrip "veilig" is dus vaak dosisafhankelijk en sluit niet alle risico's voor alle individuen uit.

Regelgeving en Consumentenbescherming in de EU

De Europese Unie hanteert een strikt kader voor de regulering van voedseladditieven, waaronder kleurstoffen, om de consumentenveiligheid te waarborgen. Dit kader omvat EU-brede regelgeving, nationale bepalingen en de voortdurende veiligheidsbeoordelingen door de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA).

Alle voedsel additieven, inclusief kleurstoffen, moeten in de EU worden geautoriseerd voordat ze in voedsel mogen worden gebruikt. De toekenning van een E-nummer betekent dat een additief veiligheidstests heeft doorstaan en is goedgekeurd voor gebruik. Bovendien moet de aanwezigheid van voedselkleurstoffen op het etiket worden vermeld, zowel met hun naam als met hun E-nummer, om transparantie voor de consument te garanderen.

De REACH-verordening (Registratie, Evaluatie, Autorisatie en restrictie van Chemische stoffen) beperkt specifiek het gebruik van bepaalde azo kleurstoffen die kunnen afbreken tot aromatische aminen. Appendix 9 van REACH vermeldt aanvullende azo kleurstoffen die beperkt zijn in textiel of leer bij concentraties boven 0,1% van het gewicht. Voor plastic voedselcontactmaterialen geldt Regulation (EU) No 10/2011, die vereist dat primaire aromatische aminen (PAA) niet boven 0,01 mg/kg voedsel migreren. In cosmetische producten (Regulation (EC) 1223/2009) is het gebruik van o-Dianisidine- en Benzidine-gebaseerde azo kleurstoffen verboden.

Naast de EU-brede regelgeving hebben sommige Europese landen aanvullende nationale beperkingen ingesteld. Duitsland verbiedt bijvoorbeeld bepaalde azo kleurstoffen in consumentengoederen en stelt lagere migratielimieten voor PAA in voedselcontactmaterialen. Ook Tsjechië en Zwitserland hanteren specifieke regels voor kinderproducten en textiel. Het EU Ecolabel, een milieukeurmerk, heeft criteria voor het gehalte aan azo kleurstoffen in producten zoals matrassen en textiel, wat de bredere maatschappelijke wens tot vermindering van deze stoffen weerspiegelt.

De EFSA speelt een centrale rol in de veiligheidsbeoordeling van voedselkleurstoffen en andere additieven. Ze hebben alle eerder toegelaten voedselkleurstoffen opnieuw beoordeeld (41 in totaal, voltooid in 2016) en voeren voortdurend vervolg beoordelingen uit. In 2009 adviseerde de EFSA bijvoorbeeld de aanvaardbare dagelijkse inname (ADI) voor Quinolinegeel (E104), Zonnegeel (E110) en Ponceau 4R (E124) te verlagen. Dit continue proces van herbeoordeling en aanpassing van ADI-waarden toont aan dat het concept van "veiligheid" niet statisch is, maar evolueert met nieuwe wetenschappelijke gegevens en een groeiend publiek begrip. Dit impliceert dat zelfs nu goedgekeurde stoffen in de toekomst strengere regelgeving of zelfs verboden kunnen krijgen, zoals recentelijk is gebeurd met Titaandioxide (E171). Deze dynamische aard van veiligheidsbeoordelingen is een belangrijke overweging voor zowel consumenten als bedrijven, en benadrukt de noodzaak om geïnformeerd en aanpasbaar te blijven.

Natuurlijke alternatieven en bewuste keuzes

De groeiende bezorgdheid over synthetische kleurstoffen en de verplichte waarschuwing labels hebben geleid tot een toenemende vraag naar en aanbod van natuurlijke alternatieven in de voedingsindustrie. Er zijn inmiddels veel natuurlijke kleurstoffen beschikbaar die als vervanging kunnen dienen voor azo kleurstoffen.

Voorbeelden van deze natuurlijke alternatieven zijn bietensap voor rode en roze tinten, kurkuma voor geel, paprika-extract voor oranje, eidooier voor warmgeel, kooknat van spinazie voor groen, kooknat van rode kool voor blauwpaars, bosbessen- of bramen sap voor paars, en cacao of koffie voor bruine tinten. Deze alternatieven worden door veel consumenten als "100% veilig" beschouwd.

De industriële verschuiving naar natuurlijke kleurstoffen is mede ingegeven door consumentendruk en de verplichte waarschuwing labels. Fabrikanten kiezen steeds vaker voor deze opties. Bedrijven zoals Candy Mix & Match hebben bijvoorbeeld een bewuste keuze gemaakt om geen snoep met azo kleurstoffen te verkopen, zelfs als dit hun productaanbod beperkt. Dit doen zij vanuit een expliciete overweging voor de gezondheid van hun klanten. Dit illustreert een groeiende trend waarbij 'azo-vrij' en 'natuurlijk gekleurd' snoep een concurrentievoordeel kan bieden.

Het overstappen op natuurlijke kleurstoffen brengt echter ook uitdagingen met zich mee voor fabrikanten. Elk natuurlijk alternatief heeft zijn eigen kleurintensiteit, stabiliteit en kosten. Natuurlijke kleurstoffen kunnen minder stabiel zijn, minder levendig van kleur, of duurder in gebruik dan hun synthetische tegenhangers. Dit betekent dat de overstap niet altijd een eenvoudige één-op-één vervanging is en kan leiden tot afwegingen in product uiterlijk, houdbaarheid en prijs.

Voor consumenten die bewuste keuzes willen maken, zijn er praktische tips

Controleer altijd het etiket van producten op E-nummers, vooral die beginnend met E1, aangezien deze vaak een azo-groep bevatten.

  • Kies bewust voor producten die natuurlijke kleurstoffen bevatten.
  • Het belangrijkste advies blijft om de consumptie van snacks, frisdrank en snoep met azo kleurstoffen te matigen, ongeacht de discussie over veiligheid, aangezien deze producten vaak ook veel suiker en/of verzadigd vet bevatten, wat op zichzelf al redenen zijn voor matiging.
  • Bij symptomen van overgevoeligheid of hyperactiviteit bij kinderen, kan het vermijden van deze kleurstoffen een proef waard zijn. Bij gezondheidsvragen dient altijd een arts of diëtist te worden geraadpleegd.
Conclusie: Kleur met kennis

Azo (synthetische) kleurstoffen zijn effectieve, stabiele en economisch aantrekkelijke synthetische kleurstoffen die wijdverbreid worden gebruikt om voedsel, en met name snoep, visueel aantrekkelijk te maken.
Hoewel de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA) deze stoffen over het algemeen als veilig beschouwt bij normale inname, zijn er legitieme zorgen. Deze omvatten de discussie over hyperactiviteit bij kinderen, bekend als de 'Southampton Six', en de potentiële vorming van kankerverwekkende stoffen door de afbraak van sommige azo kleurstoffen in het lichaam. Deze zorgen hebben geleid tot verplichte waarschuwing labels en strikte regelgeving in de EU en op nationaal niveau.

De dynamiek rondom azo kleurstoffen weerspiegelt een verschuiving in het begrip van "acceptabel risico". Waar voorheen de focus lag op strikte goedkeuring en veiligheidsbeoordelingen, wordt nu ook de publieke bezorgdheid, de wetenschappelijke discussie en het voorzorgsprincipe meegewogen.
Dit heeft ertoe geleid dat zelfs zonder een volledig wetenschappelijk bewezen causaal verband, regelgevende maatregelen worden genomen (zoals de waarschuwing labels), en de industrie geleidelijk overstapt op "schonere" alternatieven. De consumentenvraag naar producten met natuurlijke kleurstoffen is een krachtige drijfveer geworden, die verder gaat dan louter naleving van regelgeving en de afwezigheid van controversiële additieven tot een concurrentievoordeel maakt.

Het is van cruciaal belang dat consumenten geïnformeerd blijven en bewuste keuzes maken bij de aankoop van snoep en andere voedingsmiddelen. Dit omvat het zorgvuldig lezen van etiketten en het overwegen van producten die aansluiten bij persoonlijke gezondheidsovertuigingen en de nieuwste wetenschappelijke inzichten.
Door deze benadering is het mogelijk om te blijven genieten van kleurrijk snoep op een verantwoorde manier, terwijl tegelijkertijd de markt wordt gestimuleerd om gezondere en transparantere opties aan te bieden.

Nu weet je waarom candymixmatch.com ervoor kiest om alleen snoep te verkopen zonder azo (synthetische) kleurstoffen.

Disclaimer

candymixmatch.com is géén autoriteit op het gebied van chemische en synthetische kleurstoffen en heeft deze blog samengesteld op basis van verschillende online bronnen .


Laat een reactie achter

* Verplicht

Reacties moeten worden goedgekeurd alvorens deze geplaatst worden.